Zoals beloofd na mijn prikkelende stuk van gisteren over hoe fijn het is “normaal” te zijn, het stuk over drag queens. Dit naar aanleiding van het voornemen van de bibliotheek om een drag queen te laten voorlezen en alle reacties en demonstraties die daarop volgden. Het zijn allemaal van die gevoelige onderwerpen, waar iedereen een mening over heeft, velen dat maar niet doen en er ook mensen zijn die hiermee een discussie in de samenleving weer op scherp willen zetten en nee, dat ga ik niet doen.

Sterker nog: ik ga beginnen met het plaatje van de campagne van de overheid en dat ik gisteren ook bewust even gebruikte. Een discussie moet gevoerd kunnen worden, een mening geuit, zonder dat we elkaar verliezen. En met elkaar bedoel ik nu niet de twee mensen in de afbeelding, maar de maatschappij als geheel. Daarom tracht ik, naast mijn mening genuanceerd naar dingen te kijken. Een gevoelig onderwerp heeft meestal meerdere kanten en die moeten we willen zien en durven door denken.

 


En altijd als ik dit spotje zie moet ik denken aan de uitspraak over “meer of minder” van Wilders … het staat model voor hoe we tegenwoordig kijken naar dingen en nog meer hoe we met elkaar omgaan in discussies en hoe we soms onze (extreme) mening willen opdringen aan anderen. En dit brengt ons zeker NIET dichter bij elkaar. Dit even ter inleiding.

Het begon allemaal 4 dagen geleden met een stuk op NU.nl/cultuur met als onderwerp: “dragqueens die kinderen voorlezen: dit is het idee daarachter“. Ik moet zeggen een vrij genuanceerd artikel waarin uitsluitend uitleg wordt gegeven over “het idee daarachter”. Dat zorgde op NU.nl wel voor meer dan 3000 reacties en heel veel onrust op social media onder veel mensen. Mensen die voor- of tegenstander waren en dat ging wederom hard tegen hard. Tijd om mijn licht er eens op te laten schijnen.

Eerst maar eens een stukje uitleg over de Dragqueen. Nu.nl legt dat eigenlijk helder uit dus heb ik dat even gequote:

“Drag’ is een kunst- of entertainmentvorm waarbij een man of vrouw zich uitbundig kleedt en opmaakt, met bijvoorbeeld een glitterjurk en grote pruik. Met seksualiteit heeft het niet te maken. Ook niet met geaardheid. Sommige dragqueens zijn homo of bi, anderen zijn hetero.

Links zie je een jonge man. Rechts zie je hem als dragqueen.

Het is wat het is. Je vindt het mooi, spannend, walgelijk, pervers, ziet het als een kunstuiting of je hebt er gewoon geen mening over.

Ik schreef het al eerder. In een tijd dat diversiteit (te?) erg onder de aandacht is en iedereen mag laten zien wie hij is en het ook een belangrijk  maatschappelijk onderwerp is wat onder druk staat en waar iedereen een mening over heeft, snap ik de gedachten van de bibliotheek daarachter wel. Je wilt daar op een of andere manier aandacht en begrip voor vragen.
Nu komen we bij de argumentatie waarom we dragqueens voor zouden moeten laten lezen in de bibliotheek.

Het argument om dragqueens te laten voorlezen is volgens het stuk: “Het is heel goed dat kinderen al op jonge leeftijd leren dat zij anders mogen zijn.” Ik heb daar lang over nagedacht en natuurlijk is het zo dat kinderen dat op jonge leeftijd mogen leren. Iedereen is anders. Er kan een zwart kindje bij je in de klas zitten of eentje met rood haar en een kind met een zichtbare handicap. Dan mag je daar zeker aandacht aan besteden, maar mijn vraag is: hoe ver wil je daar bij jonge kinderen mee gaan.
Moeten zij al weten dat er dragqueens bestaan? Moeten zij al ervaren dat onderwerpen waar volwassenen al discussies over voeren, “normale” onderwerpen zijn? De vraag is niet alleen of je kinderen daarmee moet belasten op jonge leeftijd, maar ook of zij daar al mee bezig zijn. In het stuk wordt ook aangehaald dat kinderen er totaal geen moeite mee hebben, maar dat vind ik geen argument. Ik kan talloze onderwerpen opnoemen waar kinderen vast geen moeite mee zullen hebben, maar waar ik ze op jonge leeftijd (nog) niet mee wil confronteren. Een van die onderwerpen is b.v. seksualiteit als ze daar nog niet aan toe zijn. De hele Zwarte Pietendiscussie waar ik het over had in mijn vorige stuk is ook zo’n onderwerp. Ik wil het niet hebben met jonge kinderen over pedofilie en ook niet over wat mensen elkaar allemaal aan kunnen doen in een oorlog. En zo kan ik veel meer voorbeelden geven.

Je weet vaak niet wat onderwerpen in kinderhoofden doen. Mijn ervaring is dat kinderen zelf vaak goed aangeven in welke fase ze zitten en pas dan gaan we ze daarin begeleiden. Het lijkt er soms op alsof we onze volwassenendiscussies over willen brengen op kinderen. Dat zij daar al jong verplicht aan mee moeten doen. Dat we ze (te) vroeg “rijp” willen maken voor onze eigen ideeën.
En aangezien we als volwassenen nog volop zelf bezig zijn ons een oordeel eigen te maken over moeilijke onderwerpen is het de vraag of we daar (onze) kinderen in mee moeten nemen. Laat gewoon eens iemand van kleur voorlezen. Of iemand uit een ander land met een accent. Dat staat mijns inziens ook veel dichter bij kinderen dan dit soort onderwerpen.
Uit de duizenden reacties op NU.nl heb ik er 2 uitgelicht waar ik mij wel in kon vinden.

Ze raken wat mij betreft de kern en daar heb ik weinig aan toe te voegen.
Daar komt nog bij dat het de polarisatie voedt in de samenleving want we kregen naar aanleiding van dit onderwerp onmiddellijk demonstraties en tegendemonstraties en dat is nu precies waar onze overheid ons voor waarschuwt in de campagne.

Resume. Het kan zijn dat we tegen dit onderwerp over 10 jaar heel anders aan kijken. Dat is met veel onderwerpen zo geweest, maar laten we in vredesnaam uitkijken kinderen te betrekken in volwassen onderwerpen zolang we daar zelf nog discussies over voeren.
Misschien gaan we te ver. Voor sommigen niet ver genoeg. Dat kan allemaal waar zijn, maar voorkom extreme gedachten en ga met elkaar als volwassenen de echte discussie aan. Praat over de verschillen en denk na over de argumenten van anderen.
Er valt nog genoeg te discussiëren, maar pas op in welke mate je daarin kinderen wilt betrekken. Daar wil ik ook voor waarschuwen.

Olaf Boezelijn